Software
Software
Een klein magazijn met 5 verschillende artikelen en maximaal 20 pallets op voorraad kan waarschijnlijk nog prima met excel uit de voeten. Maar als er 20 vrachtwagens per dag inslag zijn en de pallets gaan op basis van het geaviseerde SSCC nummer het automatische magazijn in, dan worden er veel meer eisen aan de het WMS en de hoogbouw aansturing gesteld.
Er zijn verschillende soorten software die in een magazijn omgeving ingezet worden. Dit heeft met name te maken met het ‘niveau’ waarop de software ingezet wordt.
Hieronder vindt u een overzicht van verschillende soorten software die in een magazijn gebruikt worden. Bij de software die het meest specifiek voor magazijnen zijn, is bovendien een lijst met veel gebruikte software pakketten opgenomen.
Warehouse management systeem (WMS)
Het Warehouse Management Systeem beheert de voorraad in een magazijn op locatieniveau. Daarvoor worden alle opdrachten en alle bewegingen geregistreerd en op basis van de gegevens in het systeem kunnen processen en bewegingen in het magazijn aangestuurd worden.
Registreren en aansturen zijn de 2 keywoorden voor een WMS. Alle handelingen moeten nauwkeurig geregistreerd worden, zodat altijd de voorraad op iedere locatie bekend is inclusief gegevens over de voorraad zoals artikelnummer, partij, lastdragertype, verpakkingstype, aantal stuks, etc. De registratie zorgt bovendien voor traceability en statistiekgegevens.
Door de gegevens in het WMS, zoals de voorraad- en de ordergegevens slim te gebruiken, kan het WMS de uit te voeren processen in het magazijn aansturen. In welke mate dit automatisch gebeurt, is afhankelijk van het WMS.
Warehouse Control System (WCS)
Een Warehouse Control System (WCS) of Material Flow Control (MFC) is een besturingslaag tussen het WMS en een geautomatiseerd systeem.
Een WMS bepaalt welke bewegingen uitgevoerd moeten worden. Een extern 'systeem' voert deze bewegingen uit en WMS registreert het resultaat. Dit systeem kan een persoon zijn die via een scanner direct met het WMS communiceert, maar het kan ook een geautomatiseerd systeem zijn, dat bijvoorbeeld pallets van A naar B beweegt.
Als het geautomatiseerde systeem wat complexer is, bijvoorbeeld met alternatieve routes of beperkte capaciteit, dan moet de vrijgave en de volgorde van de bewegingen aangestuurd worden. Het aansturen van het totale geautomatiseerde systeem wordt door een Warehouse Control System gedaan.
Waar een WMS de operationele aansturing op dag(deel) niveau doet, moet het WCS de aansturing realtime uitvoeren.
Warehouse Execution System (WES)
Een Warehouse Execution System stuurt de processen (workflow) in een magazijn nog meer dan een WMS of een WCS. Waar een WMS bepaalt welke bewegingen uitgevoerd moeten worden en een WCS een geautomatiseerd (deel-)systeem aanstuurt, kan een WES het werk over het gehele systeem verdelen.
Op basis van het aanwezige werk (bewegingen / opdrachten uit het WMS), de kenmerken van het werk en de deelsystemen en de status van de deelsystemen, kan een WES beslissingen nemen. Deze beslissingen kunnen ervoor zorgen dat het werk naar een ander deelsysteem gestuurd wordt of dat de vrijgave vervroegd, danwel vertraagd wordt.
Belangrijk voor het goed functioneren van een WES, is dat het beschikt over accurate informatie. Met name voor de status van de deelsystemen kan dit een uitdaging zijn.
Een WES is afgeleid van een Manufacturing Execution System (MES) waarbij de workflow in een productieomgeving aangestuurd / verdeeld wordt.
Enterprise Resource Planning (ERP)
Een Enterprise Resource Planning (ERP) beheert net als een WMS de voorraad van een bedrijf. Het belangrijke verschil is dat een ERP dit niet op locatieniveau doet.
Een ERP houdt het voorraadniveau in de gaten en zorgt ervoor dat er op tijd nieuwe voorraad besteld danwel geproduceerd wordt. Dit is meer op inkoop, verkoop en planning gericht, dan op aansturing van magazijnprocessen.
Omdat zowel het WMS als het ERP voorraad beheren, is het van belang dat de systemen goed op elkaar afgestemd zijn. Veelal communiceren beide systemen via EDI met elkaar zodat orders van het ERP naar het WMS gestuurd kunnen worden en dat de handelingen in het WMS voor (status-)aanpassingen in het ERP zorgen.
Een grote uitdaging is vaak om de voorraad in beide systemen met elkaar te vergelijken. Het moment van voorraadmutatie is niet altijd gelijk en het vinden van een moment waarop alle transacties verwerkt zijn, is ook vaak lastig.
Material Resource Planning (MRP)
Een Material Resource Planning (MRP) wordt in productieomgevingen gebruikt. Op basis van productieplanningen en stuklijsten kan een MRP berekenen of er voldoende voorraad van de componenten is om de productieplanning volledig te kunnen uitvoeren. En als er niet voldoende voorraad is van een bepaald component, wat de uiterste besteldatum is (op basis van bekende bestelmomenten, bestelhoeveelheden en levertijden).
Het gebruik van productieplanningen en stuklijsten gaat wat verder dan de functionaliteit van een ERP. Aan de andere kant zijn er in een ERP weer functionaliteiten die in een MRP niet voorkomen. Welke van beide systemen ingezet wordt of eventueel beide systemen naast elkaar, is afhankelijk van het type bedrijf. Beide systemen zijn in ieder geval afhankelijk van een accurate voorraad.
Zowel een ERP als een MRP hebben niet de functionaliteit die nodig is om een magazijn te kunnen aansturen, tenzij er natuurlijk een WMS-module in het systeem geïntegreerd is.
PLC aansturing
Een WMS of een WCS kan een bewegingsopdracht aan geautomatiseerd systeem sturen. Een WCS kan zelfs een enkele AS/RS kraan een opdracht sturen als het WCS het werk over de kranen verdeelt. Maar een kraan of een rollenbaan exact vertellen wanneer en waarheen bewogen moet worden, kan een WCS niet. Hiervoor is altijd een PLC-aansturing nodig.
De PLC-aansturing is een softwarelaag tussen het WCS/WMS en de hardware. Over het algemeen zal de hardwareleverancier ook zorgen voor de PLC-aansturing.